In een vorig artikel met de titel “De voorbereiding” beschreef Adrey Caljé zijn stappen in de voorbereiding op de partij tegen Martin Mellens.
In onderstaand artikel beschrijft Martin zijn overwegingen en is de gehele partij, voorzien van Martin’s commentaar, na te spelen.
“Wat doe je als je tegenstander zich gespecialiseerd heeft in scherpe (enigszins verdachte) openingen. Zoek je hem op eigen terrein op of probeer je deze openingen te vermijden. In dit geval zoek ik volkomen per ongeluk de tegenstander op. Ik rekende op een Wolga gambiet (1.d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5 b5) en wilde dit voorkomen. In een strategische opening met Pf3 had ik echter ook niet veel trek. Ik besloot d4 te openen met het idee op Pf6 Pf3 te spelen. Ik had een beetje een opstelling in de lijn van het Colle-systeem in gedachten met pionnen op c3, d4, e3 en Pf3. Het idee is dan met wit in een latere fase e4 te spelen en een koningsaanval op te zetten.
Mijn tegenstander opende echter verrassend op d4 met d5. Blij verrast en enigszins onnozel speelde ik 2. c4 en werd toen verrast met e5. Oh ja, het Albin’s tegengambiet behoorde ook nog tot zijn repertoire. Gelukkig wist ik op grond van eerdere partijen de globale bestrijdingswijze. Bovendien was ik deze avond geïnspireerd en wist met een energieke achtste zet het initiatief te pakken. Het kritieke moment komt op de 10e zet. Als zwart de beste voortzetting mist, is de partij eigenlijk voorbij. Doordat ik constant op de aanval speel, krijgt zwart geen kans om zelf actief te worden. Eigenlijk is dat het thema van deze hele partij. Voor alles wil ik voorkomen dat zwart de mogelijkheid krijgt actief te worden en de tactische grappen in de stelling te vlechten die voor deze opening kenmerkend zijn.”