Skip to content Skip to footer

Schaken en de media

Het Tata Steel Chess tournament (voorheen Hoogovenstoernooi) is weer achter de rug. Een groot aantal wereldtoppers en talloze huisschakers traden drie weken lang in het strijdperk. Een waar schaakfestijn. Helaas bleef dit bij een groot deel van Nederland onbekend. Op radio en TV is volop aandacht voor schaatsen, darts en natuurlijk de nationale voetbalcompetitie. Het schaaktoernooi moest het doen met enkele flitsen. Je kan ook niet zeggen dat het beter wordt. In kranten en tijdschriften zijn steeds meer schaakrubrieken verdwenen of verbannen naar de weekendbijlagen.

Is dit erg? Je hebt tegenwoordig toch internet. Inderdaad kan de schaakliefhebber heel goed zonder de traditionele media. Het schaken past heel goed bij het internet en via de schaaksites kunnen toernooien uitstekend worden gevolgd. Je moet daarvoor wel de weg weten. Het grote publiek zal je via deze sites niet weten te bereiken. Schakers worden dan een soort Star-trek liefhebbers. Door de buitenwacht wat meewarig aangekeken lieden, die elkaar ontmoeten in aparte zalen en specifieke internetsites.

Is het tij te keren? Schaken is voor nerds, zegt men. Schaken is te saai en te langzaam, zegt men. Schaken is te ingewikkeld om een groter publiek te trekken, zegt men. Ik vind deze redenen niet sterk. Mensen kijken naar tenniswedstrijden, wielerwedstrijden en een 10 kilometer schaatsen. Nadenkende schakers vormen inderdaad geen spannende actiebeelden, maar dat is ook bij andere sporten lang niet altijd het geval. Ingewikkelde zaken kunnen eenvoudig worden uitgelegd. Denk aan de programma’s van De Wereld Draait Door, waarin de oerknal en de relativiteitstheorie voor de leek inzichtelijk worden gemaakt. Nodig is een aansprekende commentator, die de spanning voelbaar kan maken en kan uitleggen waar het om draait.

Kan schaken een TV-sport worden? Vervelend is dat schakers geen verstand hebben van media, en TV-makers geen verstand van schaken. TV wil bewegende beelden. Het gangbare beeld, de schaakstelling, de toeschouwers, kinderen die schaken, zijn of voor schakers of voor de TV niet interessant. Uitdaging is dus de juiste beelden te vinden. Het zou het Nederlandse schaken erg helpen als Joop van den Ende of john de Mol een schaakliefhebber zou zijn. In plaats van Big Brother hadden we misschien Big Chess Player gehad.
Een nog groter probleem is denk ik het ontbreken van aansprekende Nederlandse resultaten. Identificatie is toch een belangrijk aspect. Darten werd populair toen Raymond van Barneveld ging winnen. Tennis word minder beken nu de Nederlanders al na een week uit het toernooi liggen. In Noorwegen werden de wedstrijden van Carlsen om het WK live uitgezonden. Hopelijk zet Giri zijn opmars op de wereldranglijst dus voort.

Is er hoop? Jazeker. Als Giri zich serieus gaat mengen in de wedstrijden om het WK, is een nieuwe schaakkoorts in Nederland zeker niet uit te sluiten. Successen voor het Olympiadeteam zouden ook kunnen werken. Tot die tijd kunnen de schakers nadenken over interessante manieren om schaken in beeld te brengen. Hoe kunnen we de computer inzetten? Hoe brengen we de verschillende analyses in beeld? Kunnen we bekende Nederlanders inzetten? Het optreden van Nick Schilder (van Nick en Simon) als schaakambassadeur is wat dat betreft al een stap in de goede richting.

 

Leave a Comment

0.0/5