Het is verrassend moeilijk om tegen een veel sterkere tegenstander je beste spel te spelen. Begin oktober deed ik met een team van het Centraal Planbureau mee met het Nederlands Kampioenschap bedrijvenschaak. De sterkte van de teams bij dit toernooi verschilde sterk. Sommige teams bestonden zeg maar uit caféschakers, maar er waren ook teams met spelers die op zeer hoog niveau uitkomen of zelfs professioneel schaken. Ons team moest in de eerste ronde uitkomen tegen een team met Tata-Steel winnaar en grootmeester Jorden van Foreest. Dat is alsof je bij het voetbal tegen een team met Messi en Ronaldo moet aantreden. Onze speler aan het eerste bord verloor natuurlijk kansloos. Hij baalde omdat hij er geen wedstrijd van had kunnen maken. Al bij de eerste horde struikelde hij. Dat is zeer herkenbaar.
Schaaktechnische en psychologische factoren zorgen ervoor dat je moeilijk in je spel komt. Een sterke speler geeft minder mogelijkheden weg. De stukken staan steeds op de goede plaats, zodat cruciale velden worden gedekt. Valstrikken worden natuurlijk bijna altijd doorzien. Misschien is de psychologie nog belangrijker. Door de naam van de tegenstander zit je trillend aan het bord. Je gaat erg voorzichtig spelen of juist heel erg onbesuisd. In beide gevallen volgt een zekere nul. Het idee dat je toch wel gaat verliezen maakt ook minder alert. Het is moeilijk de volle energie om te spelen op te brengen als je in gedachten toch al met de nederlaag bent verzoent.
Hoe speel je tegen een sterke tegenstander? Je kan proberen de stelling zoveel mogelijk te compliceren. Natuurlijk maak je rekenfouten, maar die maakt een sterke tegenstander ook. De sterkere speler heeft minder kans puur op techniek je weg te spelen. Lastig hierbij is natuurlijk wel dat het niet makkelijk is op een goede manier de stelling te compliceren. De strategie kan uitlopen op het onbesuisd op de aanval spelen.
Een goede voorbereiding kan ook helpen. In ieder geval vergroot dit het zelfvertrouwen, omdat je op bekend terrein bent. Hier moet je natuurlijk wel de tijd voor hebben. De komst van computers en databases heeft de positie van de zwakkere speler denk ik niet verbetert. Sterke spelers kunnen ook beter hun weg vinden in het pakhuis van varianten die een database bevat. Obscure, maar wel scherpe openingsvarianten zijn hierdoor een minder bruikbaar wapen. Met hulp van de computer heb je met één muisklik de weerlegging gevonden.
Een andere strategie is te kiezen voor een stelling die makkelijk speelbaar is. Dat zal neerkomen op het spelen van een systeem met duidelijke kenmerken en voldoende ruimte. Met deze strategie loop je wel de kans weer op techniek te worden weggespeeld, maar het vergroot de kans op het spelen van een echte schaakpartij.
De beste tip is misschien spelen tegen een sterke tegenstander te zien als een win-win situatie. Er is altijd een kans om te winnen, maar bovenal kun je zien hoe krachtig jouw ideeën over een bepaalde schaakstellingen zijn. Daar leer je van. Probeer dus te bedenken wat je van de partij wilt leren. De beste manier van spelen is om niet te focussen op het winnen, maar op het vergaren van kennis.