In een canon van het Nederlandse schaak staat Max Euwe nummer 1. Absoluut! Hij was van 1935 -1937 onze eerste en vooralsnog enige wereldkampioen. Ook als organisator en ambassadeur van het schaken speelde hij een grote rol. Ten slotte was hij ook een belangrijk schaaktheoreticus. Enorm veel schaakboeken zijn van zijn hand verschenen. Voor het Nederlandse schaak is hij eigenlijk Willem van Oranje, Johan Cruyff en Louis van Gaal in één persoon.
In 1935 wist Max Euwe (1901-1981) in een spannende match Alexander Aljechin te verslaan met 13,5-12,5. Het enthousiasme dat dit wereldkampioenschap los maakte is denk ik te vergelijken met de euforie door de prestaties van Max Verstappen in de formule 1. Het ledenaantal van de Nederlandse schaakbond verdrievoudigde. Veel Nederlandse schaakclubs zijn dan ook opgericht in of rond 1935. Aljechin wordt nog altijd als één van de sterkste schakers aller tijden beschouwd (in ieder geval van voor de tweede Wereldoorlog) en torende in die tijd ver boven zijn tegenstanders uit. Vooraf gaf niemand dan ook een cent voor de kansen van Euwe. Na vier partijen stond hij bovendien drie punten achter, maar toen wist Euwe terug te vechten. Hoogtepunt in de match is partij 26 (de match ging over 30! Partijen), de zogenoemde parel van Zandvoort. Met een mooi strategisch stukoffer wist Euwe zijn tegenstander te verslaan en een beslissende voorsprong te nemen. De partij is in allerlei boeken, databases en op Youtube terug te vinden en het naspelen zeker waard.
Max Euwe komt uit alle verhalen naar voren als een door en door fatsoenlijke man, met grote organisatorische en diplomatieke kwaliteiten. Internationaal is zijn organisatorische rol voor het schaak misschien nog wel belangrijker geweest dan zijn schaakkwaliteiten. Mede dankzij Euwe kwam de organisatie van het wereldkampioenschap na de tweede wereldoorlog in handen van de wereld schaakbond (FIDE). Ook leidde hij de FIDE ten tijde van de match tussen Fischer en Spassky in 1972. Dit vroeg veel behendigheid, gezien de grote politieke spanningen tussen het Russische en Amerikaanse kamp.
Ik ken Max Euwe vooral van zijn schaakboeken. Vooral van de reeks Praktische Schaaklessen heb ik veel geleerd. Deel 5 over oordeel en plan is een absolute aanrader. Negen belangrijke strategische kenmerken (aanval op de damevleugel, sterke velden, open lijn) worden met voorbeeldpartijen toegelicht. In dit boek komt ook duidelijk tot uiting dat Max Euwe als beroep wiskundedocent was. Gestructureerd wordt alles stapje voor stapje toegelicht.
Prestaties uit het verleden vervagen. Zelf heb ik Max Euwe niet als actief speler meegemaakt en er zullen nauwelijks mensen meer zijn die nog actieve herinneringen hebben aan de WK-match uit 1935. Ik denk dat als je schakers jonger dan dertig jaar vraagt naar Max Euwe, je veel “Wie is dat?” zult horen. Dat is volkomen logisch. Waarom zou je deze naam kennen, tenzij je belangstelling hebt voor schaakgeschiedenis. Jammer is het wel. Er valt veel te leren uit de partijen van Max Euwe. Het kan bovendien geen kwaad te beseffen dat het huidige schaakklimaat in Nederland is ontwikkeld en dat goede rolmodellen een substantiële bijdrage kunnen leveren.
Het kan dus geen kwaad om oude helden weer eens in het zonnetje te zetten. De boeken van Max Euwe zijn ook lastig en alleen nog tweedehands te krijgen. Een mooie, handzame digitale versie van het werk van Max Euwe, eventueel gelardeerd met beelden, zou denk ik zeer welkom zijn. Eventueel kunnen de werken worden aangevuld met nieuwe analyses en voorbeeldpartijen. Onbewerkt verleden vervaagt en wordt onbruikbaar. Je moet het verleden afstoffen, om het opnieuw te kunnen gebruiken.
P.S. Er staan allerlei filmpjes op Youtube van Max Euwe, onder andere van het Max Euwe Centrum. Ze hebben ook filmpjes gemaakt waarin Paul van der Sterren de hele match kort bespreekt. Leuk gedaan!